Bij circulaire ontwerpprojecten veranderen traditionele rollen en samenwerkingsverbanden. Deze veranderingen kunnen ingrijpend zijn, maar hangen vooral af van de gekozen ambities en de wijze waarop men circulaire doelen nastreeft. In dit hoofdstuk laten we zien hoe de ontwerpketen verandert in een ecosysteem van met elkaar samenwerkende actoren. We gaan in op de rollen en verantwoordelijkheden van die actoren. En ten slotte maken we inzichtelijk hoe (digitale) informatie een belangrijke rol speelt om de samenwerkingen tussen actoren vorm te geven
Onder druk van duurzaam bouwen is de traditionele, lineaire ontwerpketen steeds verder opgerekt en uitgebreid. Circulair ontwerpen breekt in zekere zin met deze traditie en transformeert het proces van lineair naar circulair. Niet langer hebben we met een verlenging van de keten te maken, maar ontstaat er een nieuw speelveld. Een speelveld waarin actoren zich anders tot elkaar verhouden. Circulariteit leidt tot het parallel trekken van belangen. Bestaande objecten en materialen, nieuw toe te voegen objecten en materialen, milieu-impact en businesscases zijn immers allemaal even belangrijk. Dit vraagt om een harmoniemodel om ieder belang op het juiste moment in het ontwerpproces zorgvuldig te wegen. Dit streven naar harmonie heeft geleid tot het concept van een ontwerpecosysteem (of netwerk) in plaats van een ontwerpketen.
Het verschil tussen een lineair en een circulair bouwproces illustreren we met figuur 6. De fasering in een traditioneel, lineair proces is opgedeeld in blokken met elk een afgebakend begin en eind. In een lineair ontwerpproces is de sloopfase echter zelden vertegenwoordigd. Het toepassingsgebied van het ontwerp houdt vaak op bij keuzes over beheer en onderhoud of loopt in het slechtste geval tot aan de afronding van de bouwfase (oplevering).
Figuur 6 – Lineaire versus circulaire projectfaseringen
Een circulair proces overstijgt de objectfase en is eerder een weergave van waarde, activiteiten en materiaalopslag gedurende een cyclus, gevolgd door meerdere cycli. De tijdslijn is eigenlijk oneindig en dwingt dus tot het leveren van prestaties (in de vorm van waarden) die objectoverstijgend zijn. Voor de keten betekent dit dat de traditionele, lineaire rollen van aanbieders en afnemers veranderen in respectievelijk circulaire toepassers en gebruikers. Zij staan voor de opvolging van meerdere cycli in wederzijds contact met elkaar.
Nog meer dan in traditionele, lineaire processen is samenwerking voor het uitvoeren van circulaire processen dus cruciaal. Ook zijn de rollen van de actoren vaak anders. Dit heeft alles te maken met het verschil in verantwoordelijkheid. De verantwoordelijkheid van de ontwerpers in een lineair proces loopt tot en met de oplevering, eventueel gevolgd door een garantietermijn. De ontwerpverantwoordelijkheid in een circulair proces is prestatiegericht over de gehele cyclus van het bouwwerk en de grondstoffen.
Dit maakt een circulair proces complexer. Zo zijn er over een langere periode meer relaties, meer stakeholders en meerduidige doelen. Alle levensfasen van een bouwwerk (initiatief, ontwerp, bouw, beheer & onderhoud, demontage en volgende cycli) zijn van belang in de ontwerpfase van een circulair bouwwerk. Al deze cycli moeten daarom in een circulaire ontwerpstrategie een plek krijgen.
Vaak wordt gekozen voor bouwteamachtige samenwerkingen. Maar daarbij vraagt het extra aandacht hoe partijen met elkaar samenwerken die “normaal” optreden als opdrachtgever of als (onder)aannemer. Moeten hun rollen anders worden? Lukt dat in een uniek project of geven we de voorkeur aan partners die al langer circulair samenwerken? Kunnen we dat als team regelen en zo nodig bijsturen? Het beste voor langetermijnduurzaamheid is om structureel en integraal samen te werken, maar dit behoeft commitment van alle deelnemers en permanente aandacht, en zo nodig bijsturen.
Een traditioneel bouwproces hanteert een ontwerpstrategie waarin voor een vastgesteld investeringsbudget een bouwwerk uit nieuwe materialen voor een beperkte gebruiksperiode wordt gerealiseerd. Als deze periode afloopt en het bouwwerk zijn economische (enkelvoudige) waarde verliest (afschrijvingsperiode), wordt het bouwwerk gesloopt en worden de meeste materialen laagwaardig hergebruikt of als afval verwerkt.
De toe te passen strategieën voor het ontwerpen van een circulair bouwwerk zijn uitgewerkt in hoofdstuk 6 van deze leidraad. De strategieën onderscheiden zich door het gebruik van bestaand of hernieuwbaar materiaal, de integratie van beheer- en onderhoudsbudgetten of het koersen op restwaarde. Ze benadrukken daarmee diverse uitgangspunten. Afhankelijk van de gekozen strategie (of combinatie van strategieën) ziet het daarvoor benodigde ecosysteem er daarom anders uit.
In een circulair ontwerpproces zijn, naast de bekende rollen in een traditioneel (lineair) ontwerpproces, andere, deels nieuwe rollen nodig. Een voorbeeld van een nieuwe rol is die van aanjager voor het circulair ontwerpproces: iemand die de circulariteitsambitie vanaf het initiatief oppakt en deze voortdurend bewaakt. Deze en andere rollen kunnen worden ingevuld door bestaande actoren, maar vragen soms ook om de toevoeging van nieuwe actoren. Een visie hierop is reeds beschreven in de Platform CB’23-leidraad ‘Paspoorten voor de bouw’ versie 2.0 (bijlage C). Ook de leidraad ‘Circulair inkopen’ gaat uitgebreid in op ketenpartners en het formuleren en bewaken van het circulaire ambitieniveau.
Rollen kunnen onderverdeeld worden in vier categorieën: initiatiefnemers, ontwerpers/adviseurs, uitvoerders en controleurs. Voorbeelden van rollen in deze categorieën zijn ontwikkelaar, architect, aannemer en handhaver. Bij circulaire ontwerpteams vervagen de grenzen tussen deze categorieën en de actoren. Ook worden aanvullende circulaire rollen en/of actoren gevraagd, zoals aanjager circulariteit, materiaalscout, dataminer, enz. De rollen die traditioneel volgordelijk waren, geven nu voortdurend inbreng in het circulaire ontwerpteam.
De aanvullende rollen en/of actoren dragen door middel van hun specifieke competenties bij aan een circulair ontwerpproject. Een producent van bouwmaterialen kan bijvoorbeeld zijn kennis en expertise inzetten om de herbruikbaarheid van een bouwcomponent te kunnen waarborgen. In bijlage II is een inventarisatie opgenomen met bekende en minder bekende rollen en/of actoren en de bijbehorende gevraagde (nieuwe of veranderende) competenties.
Eén actor kan overigens meerdere rollen hebben. Dit zal vooral bij kleinere projecten vaak het geval zijn. Daarnaast kan een rol veranderen in een volgende fasering. Een (sloop)aannemer kan bijvoorbeeld tijdens een ontwerpfase een adviserende rol hebben. Daarna kan die partij tijdens de aanbestedingsfase de rol van waardecreator (prijsbepaling) en tijdens de realisatiefase die van uitvoerder aannemen.
Om een passende samenwerkingsvorm te vinden kan de Samenwerkingsschijf voor een circulair ontwerpproces worden ingezet (figuur 7). Deze tool geeft – per levenscyclusfase – weer hoe een kernteam invulling geeft aan verschillende circulaire ontwerpstrategieën. Dit kernteam staat, samen met een besluitvormer, centraal in een project. Het is daarbij afhankelijk van informatie en acties van andere actoren. Die vormen samen met het kernteam en de besluitvormer het ontwerpecosysteem. De Samenwerkingsschijf helpt bij het inzichtelijk maken van dat ecosysteem. De tool visualiseert de gewenste aandacht per strategie, en maakt inzichtelijk hoezeer bepaalde actoren (rollen) worden betrokken bij het proces. De aandacht voor de verschillende ontwerpstrategieën verandert gedurende de levenscyclus van een bouwwerk. Voor elke fase kan een schijf worden opgesteld. Door die schijven aan elkaar te rijgen (of te stapelen) kunnen de veranderingen over de tijd inzichtelijk worden gemaakt. Meer specifiek over de Samenwerkingsschijf:
De oranje segmenten laten zien wat het belang is van de ontwerpstrategie binnen de maatstrategie in een project. De rode stip in het midden is de centrale besluitvormingsrol. De blauwe stippen daaromheen zijn de leden van het ontwerpteam. De groene stippen zijn kennisleverende partijen, die het ontwerpteam van informatie voorzien.
In de volgende stap gaan we deze schijf invullen met behulp van een webtool. Bekijk hieronder voorbeelden van een ingevulde samenwerkingsschijf.